De Brabantse gemeente Oosterhout heeft na interventie van stadgenoot Jacob Jonker en met steun van Ronny Naftaniel (voorzitter Centraal Joods Overleg) en journalist Hans Knoop (woordvoerder van het Belgische Forum der Joodse Organisaties) de in 1979 aan wijlen Dr. Robert van Roosbroeck uitgereikte gouden erespeld van de stad ingetrokken.
De Vlaamse SS-er en oud-schepen van Groot-Antwerpen Van Roosbroeck werd in 1946 bij verstek door een Belgische rechtbank ter dood veroordeeld.
Hij zat tot 1954 ondergedoken in Breda en Oosterhout en kon daarna als stateloze burger in die laatste gemeente bovengronds komen. In Oosterhout werd hij als historicus een prominente burger van die gemeente. Vanaf 1970 kon hij zich ook weer vrij in België bewegen.
Als wethouder (schepen) van onderwijs besloot Van Roosbroeck in 1942 openbare scholen voor Joodse leerlingen te sluiten en die samen te brengen op speciale scholen. Daardoor verkreeg de bezetter de persoonsgegevens van Antwerpse Joden wat hun deportatie faciliteerde.
Volgens de burgemeester van Oosterhout, Mark Buijs was de gemeente in het verleden niet op de hoogte van de antecedenten van Van Roosbroeck.
Een eerder verzoek van stadgenoot Jacob Jonker om de gouden erepenning postuum in te trekken werd door een voorganger van burgemeester Buijs op formele gronden geweigerd.
Eerst nadat zowel het CJO als de Belgische zusterorganisatie FJO zich achter Jonker opstelden, besloten de gemeenteraad en het college van B & W Van Roosbroeck postuum uit het register van ontvangers van de gouden erespeld te schrappen. Naftaniel en Knoop zijn tevreden met de beslissing van het huidige B&W.
Het gemeentebestuur zal een gebaar maken door het adopteren van zeven aan Oosterhout verbonden namen op het onlangs onthulde Holocaust Namenmonument in Amsterdam. Eén van hen is Ilse Behr; zij werd in 1942 in Oosterhout opgepakt en is uiteindelijk in Auschwitz vermoord